Wereldvluchtelingendag – het verhaal van Natalia


Op 20 juni viert de wereld Wereldvluchtelingendag – een dag waarop we stilstaan bij miljoenen mensen die hun thuis moesten ontvluchten. Het is een moment om samen op te komen voor hun recht op veiligheid. Maar ook steun te bieden bij hun integratie.

Bij Stichting Kompas ondersteunen we vluchtelingen en statushouders o.a. bij het leren van de Nederlandse taal en bij het vinden van hun weg in de Bommelerwaard. Op deze Dag van de Vluchteling staan we daar extra bewust bij stil.

Natalia Hirysch komt uit Oekraïne en neemt al drie jaar actief deel aan onze taalgroep in Kerkdriel. Met veel inzet leert zij Nederlands bij Kompas. In haar verhaal blikt ze terug op het ingrijpende moment waarop zij en haar gezin hun land, kort na het uitbreken van de oorlog met Rusland, verlieten. Lees hieronder haar verhaal:


Nederland voelt nu als thuis

Hoe Natalia Hirysch een nieuw leven opbouwde na haar vlucht uit Oekraïne

Toen de oorlog in Oekraïne begon, moest Natalia Hirysch een moeilijke beslissing nemen. Voor de veiligheid van haar gezin besloten ze te vluchten. Ze woont sinds april 2022, samen met haar man en twee jonge kinderen, in Kerkdriel.

Geen veilige plek meer
Natalia woonde met haar gezin in een stad op slechts 30 kilometer van de grens met Belarus. “We maakten ons grote zorgen dat er ook van die kant een aanval zou komen, want veel bronnen waarschuwden daarvoor. Al op de eerste dag van de oorlog werd heel Oekraïne aangevallen – alle 28 provincies. Toen ik die ochtend naar mijn werk ging, zag ik tanks richting de grens met Belarus rijden.” Omdat scholen, kinderdagverblijven en het openbaar vervoer niet meer functioneerden, bracht Natalia haar kinderen naar het dorp waar haar ouders woonden. Zelf reed ze dagelijks 50 kilometer naar haar werk als verpleegkundige in een ziekenhuis. “Het luchtalarm ging om de paar uur af, ook ’s nachts. We sliepen slecht en waren bang.” De situatie werd steeds onveiliger. Samen met haar man besloot ze: “We moeten weg.”

Vlucht via Polen
Voor hun reis namen ze wat geld mee en een handjevol kleding: een jas, een paar broeken en een trui. Het afscheid was moeilijk. Ze lieten hun zelfgebouwde huis en familie achter. In Polen kwamen ze terecht in een sporthal, samen met vele andere Oekraïense vluchtelingen. Daar ontmoetten ze Nederlandse vrijwilligers, die het gezin uitnodigden om naar Nederland te komen. ’s Nachts zochten Natalia en haar man op internet naar informatie over Nederland – een land waarvan ze alleen de naam kenden, maar verder niets. De volgende dag besloten ze te gaan.

Een nieuw begin in Nederland
In Nijmegen sliepen ze tien dagen in een grote sporthal vol stapelbedden, met weinig privacy en veel kinderen die ’s nachts wakker waren. Maar het was veilig. Toen kregen ze goed nieuws: er was een huisje vrij op EuroParcs in Kerkdriel. En het was alleen voor hen; ze hoefden het niet met anderen te delen. “We konden het bijna niet geloven. Het gaf ons de rust en privacy die we nodig hadden.” Ze voelden zich erg welkom. Mensen brachten kleding en eten, en hielpen hen met van alles.

Nederlands leren bij Kompas
De kinderen gingen al snel naar school. Natalia zat in het begin vaak alleen thuis. Maar ze wilde iets doen en begon met Nederlandse les bij Stichting Kompas. “Ik werd daar zo goed geholpen. Door de taal kon ik mijn eigen zaken regelen en praten met de leerkracht van mijn kinderen.” Vanaf het begin deed ze mee aan Wereldmuziek van Kompas, en ze ging naar de bibliotheek en de sportschool. Ook werkte ze een jaar lang in de huishouding en kreeg ze lieve Nederlandse vriendinnen. Sinds kort heeft Natalia een baan bij een tandartspraktijk. Ze is sterilisatie-assistent. “Ik ben blij dat ik werk heb, maar ik wil graag verder leren. Mijn droom is om weer in de zorg te werken.” Ze blijft hard werken aan haar toekomst in Nederland.

Contact met thuis
Als Natalia terugdenkt aan de reis, zegt ze dat het heel moeilijk was. Ze waren bang, verdrietig en wisten niet wat hen te wachten stond. “’s Nachts werd ik soms huilend wakker van de heimwee. We hoopten dat we snel terug zouden kunnen gaan. Maar de oorlog ging door.” Gelukkig hebben ze sinds hun vertrek elke dag contact met hun familie in Oekraïne. Soms bellen ze wel drie keer per dag. Vaak videobellen ze tijdens het avondeten om samen de dag door te nemen. Het dagelijkse contact houdt hen verbonden.

Blijven of terug?
Terug naar Oekraïne gaan? Daar denkt Natalia wel eens aan. Maar Nederland voelt inmiddels als thuis. “Hoe langer ik hier ben, hoe minder ik de behoefte voel om terug te gaan.” Ze hoopt dat haar kinderen hier veilig kunnen opgroeien en zich goed kunnen ontwikkelen. Toch maakt ze zich soms zorgen. “Kan ik alles wel betalen? Wat als we toch terug moeten? Maar dan denk ik: wat is het beste voor de kinderen? Dat geeft me kracht.” Natalia woont nu drie jaar in Nederland. Ze is dankbaar voor de hulp en de kansen die ze heeft gekregen. “Nederland is nu mijn thuis.”